Het fundament van systemisch fenomenologisch werk

Blogs

Barbara Hoogenboom

Is mede-eigenaar van en opleider bij het Bert Hellinger instituut Nederland.

Profiel
12 maart 2025| Maatschappelijk, Persoonlijk

Inclusie

“Laat het alsjeblieft niet weer over de Tweede Wereldoorlog gaan,” zei ze, toen ik deze vrouwelijk leider vertelde over het boek RIJP [over systemisch leiderschap] dat ik op dat moment aan het schrijven was. Daar was ze inmiddels toch wel klaar mee, met WOII-voorbeelden als verwijzingen naar de oorzaak van patronen.

Ze raakte me precies juist. De dag ervoor begeleidde ik met mijn gekleurde collega Chandra een workshop in het Systeemlab over de wonden van kolonialisme en slavernij; mijn hart, hoofd en hele lijf was er nog vol van.

Al langer worstelde ik met de verhouding van waar onze geschiedkundige aandacht wél en níet heen gaat. Dat er in systemisch werk en in onze nationale herdenking nog steeds, 80 jaar en drie generaties verder, de primaire reflex is om de blik te richten op dat tijdperk. Een 5-jarig tijdperk. WOII.

Ja, het was verwoestend, ja het kostte miljoenen levens en nee, ik wil daarvan niets, maar dan ook niets ‘downsizen’ of ontkennen. Niets. Het is en blijft duidelijk dat er nu, twee, drie generaties verder, nog velen in patronen ‘gevangen’ zitten die te herleiden zijn naar WOII. En waar met behulp van opstellingen, die ik ook nog steeds graag begeleid, belangrijke inzichten, heling en nieuwe beweging op ontstaat voor vele mensen. En toch. Het begint in mij ook wel te voelen als een goede reden om niet verder in de geschiedenis terug te hoeven kijken. Zeker als we het van een meer collectief niveau benaderen.

We kijken ‘makkelijk’ naar de WOII-geschiedenis, waar we meer in de positie van slachtoffer dan in die van dader verkeerden. We hebben echter een collectieve Nederlandse geschiedenis met een veel langer tijdperk: dat van kolonialisme en slavernij. Tweehonderd (200!) jaar lang hebben we slaven verhandeld, 12 miljoen wordt genoemd als aantal! In deze periode van de geschiedenis bevindt onze rol zich aan de daderkant. En daar kijken we niet makkelijk naar. En met de ‘we’ bedoel ik in dit geval primair de witte mensen. De witte mensen hebben echt niet door hoeveel impact die geschiedenis nog heeft. Hoe het doorwerkt in het hier en nu.

Ik beoog niet om een hele geschiedenisles te geven, daar zijn anderen veel beter in en daar zijn vele boeken over geschreven. Het wordt mij wel meer en meer duidelijk wat het effect is vandaag: diepe wonden die vooral gevoeld worden door onze medemensen van kleur. Waar families zijn uiteengereten en verplaatst, waar velen veel te vroeg en op erbarmelijke manier stierven. Die afstammen van de tot slaaf gemaakten. Die afstammen van de migratiebewegingen daarna, zoals die van de contractarbeiders uit Java die naar Suriname gingen. Die onbewust in die 200 jaar van slavernij én de 150 jaar erna hebben geleerd niet te spreken, te volgen, zich in te houden, zich terug te trekken en/of zich aan te passen. 350 jaar van weggehouden en weggebleven zijn van je ‘oorspronkelijke oorspronkelijkheid’: probeer te beseffen wat dat in de diepste cellen van een mens doet.

Ook als witte systemisch begeleiders hebben we geen idee. Sterker nog, we maken het erger onder het mom van inclusie. We zien ieder mens als even waardevol, als gelijk en ‘zien geen kleurverschil’. Daarmee sluiten we ogenschijnlijk iedereen in en daar voelen we ons als witte mensen ook echt heel goed bij.

Echter, zo ontkennen we de wonden van onze eigen collectieve geschiedenis. Omdat we deze zelf (nog) niet voelen. En veel van onze gekleurde medemensen voelen die wel en hebben dagelijks confrontaties in het hier en nu met gevolgen van die geschiedenis. Door ‘geen kleurverschil te zien’ en ‘we zijn toch allemaal gelijk’ te roepen houden we het patroon in stand. Het patroon is dan, heel kort door de bocht: wit bepaalt en spreekt zich uit en gekleurd past zich aan en spreekt zich niet uit.

Ik ben kind van ouders en voorouders uit Utrecht en als ik nog verder terugga in de tijd is mijn DNA te traceren richting uitsluitend Noordwest-Europa. Ik groeide op in een dorpje in Noord-Holland, waar de enige persoon van kleur een geadopteerd kindje was. Ik studeerde bedrijfskunde op een witte eliteschool. Toen ik later in mijn Amsterdamse leven mensen van kleur ontmoette vond ik hen even leuk en aardig als witte mensen. Interessant ook en ach, wat konden Surinamers toch heerlijk koken!

Mijn jaren op de Antillen en Aruba leerden me voelen hoe het is om in de minderheid te zijn en daar heb ik me dan ook wel aangepast en niet altijd uitgesproken. En toch,
dat was een kleine ervaringsdruppel op een gloeiende witte-generatie-plaat.

Ondertussen had ik nog steeds geen flauw benul van het feit dat ik ‘gratis en voor niets’ zeer wit en zeer geprivilegieerd was en ben. Ik stond er gewoon niet bij stil en had er ook geen aanleiding toe. En ik ben ongetwijfeld niet de enige witte persoon die zich niet echt bewust is hiervan.

Wat betekent deze blinde vlek die we als witte systemisch begeleiders hebben voor ons werk? Hebben wij wel contact met andere geschiedenis dan die tot aan WOII? De geschiedenis van Nederlands-Indië wil voor velen van ons al amper lukken – en dat wat lukt gaat ook vooral over de jappenkampen tijdens WOII, de onafhankelijkheidsstrijd en migratiestromen naar Nederland daarna. Niet over de honderden jaren ervoor.

Durven we echt open te staan voor de wonden die ‘we’ hebben veroorzaakt? Of komen we dan in grote gevoelens van schuld en schaamte? Daar hebben we echt eerst zelf iets in te doen.

Kunnen wij witte mensen met onze blinde vlek wel vraagstukken van mensen van kleur begeleiden? Komen we niet zonder het door te hebben in het relationele patroon van witte overheerser terecht, waarbij de vraaginbrenger van kleur zich niet zal uitspreken? En voor de vraaginbrenger van kleur is het patroon van zich niet uitspreken en aanpassen overigens ook lang niet altijd een bewust patroon, maar een onbewust patroon. Zo versterken we elkaar in onze onbewuste patronen en komt er geen nieuwe beweging op gang.

Het vraagt van ons om ons te verdiepen, te zien, te erkennen, te voelen, te integreren in dit deel van onze collectieve geschiedenis. Het vraagt om in het ongemak te durven zijn. Om onbewuste patronen naar het bewuste te halen. Dat vraagt om in contact en in verbinding het ongemak aan te gaan. Dat kunnen we overigens niet alleen. Dat ‘in contact’ gaat over in contact met mensen van kleur, die zich in dezelfde collectieve geschiedenis bevinden.

Ik heb het geluk (en alweer een privilege) dat Chandra de Vries op mijn pad is gekomen en ik dit met haar kan uitzoeken, het verkeerd kan zeggen (want ja, het is echt nieuw terrein voor mij), onzeker kan zijn in de zekerheid dat ze me niet zomaar de rug zal toekeren. En hoewel een deel van mij zich echt bezwaard voelt dat ik haar nodig heb om mijn blinde vlek steeds weer en steeds beter in beeld te krijgen, troost ik mij met de gedachte dat dit alles gaat bijdragen aan een breder en inclusiever systemisch werkveld in Nederland.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Wij sturen maandelijks de nieuwste blogs, vlogs en ons cursusaanbod via onze nieuwsbrief. Blijf op de hoogte en schrijf je in.

Inschrijven

Over het Bert Hellinger Instituut

Mensen zijn altijd in ontwikkeling. Met elkaar, zonder elkaar. In families, in teams, in organisaties. Het systemisch bewustzijn geeft inzicht in het waarom van ons zijn en doen. Met familieopstellingen en organisatieopstellingen ontstaat ruimte voor beweging. Het BHI geeft opleidingen, workshops en trainingen op het gebied van systemisch werk, opstellingen, leiderschap en coachen. Ook werken we rechtstreeks met organisaties die willen leren over hun onderstroom. Zo dragen wij bij aan de ontwikkeling van mens, organisatie en maatschappij.

SYSTEEMLAB
Voor aanstormende en gevestigde leiders. Een initiatief van het Bert Hellinger Instituut.